Geëxposeerd in deze periode:
1903, Hilversum: Portretstudie, Volendammer visscher, melkschenkster, roodharig juffertje, Larense vrouw, judaspenning, meisje en vrouw bij spinnewiel
1903, Amsterdam: moeder en kind
1904, Amsterdam: Oude vrouw
1904, sint Louis: Larens binnenhuis
1904, Hilversum: Marretje, Kippenvoeren, Melkschenkster, Larense vrouw met kind, vrouw aan het aardappelschillen
1904, Amsterdam: een interieur met verlichte moederfiguur
1905, Zutphen en 1905 Hengelo: interieur te Huizen
1905 Dordrecht: interieur te Huizen en nog 2 andere interieurs, mogelijk: aardappelschillen en deel
1905 Laren: zelfportret en Laarder meisje
De Court woonde officieel in Laren vanaf 23 juni 1903
begin feb. 1904 was hij in Amsterdam vanwege het huldefeest koning Emma
begin april 1904 in Enkhuizen
medio juli is hij in ieder geval weer terug in Laren
op 31 juli in Dusseldorf, naar een expositie van moderne kunst, bestemd voor kunstwerken, niet langer dan 3 jaar geleden gemaakt.
januari 1905 in Nunspeet
maart 1905 in Blaricum
april 1905 in Dordrecht
Het moet bijzonder geweest zijn, omdat Schulman het tochtje 40 jaar na dato noemde, bij het overlijden van Van der Tonge.
WETENSCHAP EN KUNST.
Onlangs heeft zich te Laren (Gooiland) gevestigd eene Club van Schilders, in Gooiland woonachtig. Het doel is: groepsgewijze te exposeeren. Deze club draagt den naam van “De Tienen”, omdat het hoogst getal leden tien mag, zijn. Voorloopig hebben zich slechts negen aangesloten, namelijk de heeren: Aug. Legras, S. Deutman, H. C. de Court Onderwater (als president, secretaris en penningmeester); voorts de heeren L. van der Tonge, Broedelet, Van Schooten, Wolter, Van Beever en Gebhard.
Thans heeft deze club eene tentoonstelling saamgesteld te Hilversum, in het lokaal voor wame-spijs-uitdeeling, aan het Melkpad, welk lokaal keurig voor dat doel is ingericht. De tentoonstelling bestaat uit etsen, aquarellen en schilderijen, te zamen 54 in getal, waaronder vele taferelen uit Gooiland.
Heden, 1 Augustus, is de tentoonstelling geopend; zij zal veertien dagen duren. Het voornemen is, na afloop van de vierjaarlijksche tentoonstelling te Amsterdam, eene te houden te Dordrecht.
Vanaf augustus 1903: Diverse tentoonstellingen van de dan net opgerichte Club van Tien, de eerste tentoonstelling vindt plaats in Hilversum, van 2 tot en met 16 augustus 1903, in de grote zaal van ‘het gebouw der spijsuitdeeling’, ook wel aangeduid als de ‘soeploods’. Daarna volgen tentoonstellingen in Groningen, Apeldoorn, Zutphen en Deventer.
Samen met Broedelet, Van Schooten, Van Beever richtten deze mensen (met uitzondering van Schulman) begin augustus oprichters van de Larensche Club de Tien op. Zouden ze het plan voor de Tien tijdens hun vakantie hebben bedacht en daarna de andere hebben uitgenodigd? Schulman had het toen mogelijk te druk met de schilderbenodigdhedenzaak van zjin vader en begon mogelijk pas net met schilderen. Hij was autodidact.
De eerste recensent (2e krantenbericht, Gooi- en Eemlander) vond het werk van de De Court een verademing en noemde:
- een opvallend portret, waarin breedheid van toets naast een warm palet te bewonderen waren.
- een aquarel van een Volendammer visscher
- Melkschenken: met bizonder rake toetsen zijn hier de beide figuurtjes, maar evenzeer de potten en pannen in de kast aangezet
- Twee studiekopjes, een van een roodharig juffertje
- en het ander van een Larensche vrouw, starende met die die berustende roodgerande ogen
- Judaspenning, vanwege: de glimlichten op de glazen fles en de vegen, waarmee de judaspenningen zijn aangezet
“Waarlijk! de verschijning van een schilder als de heer de Court Onderwater is een verademing, in deze tijden vooral, waarin nodeloos zo veel en ver wordt gezocht. Hij bewijst ons opnieuw, hoe dicht bij de hand liggende onderwerpen, zo gezond en frisch gezien, intens kunnen boeien, maar tevens dient men dan te bedenken, dat alleen een artiest, gevoelig voor kleur en knap in zijn handen bij machte is om zijn indrukken zoo (met accent) weer te geven.”
De tweede recensent (Algemeen Handelsblad) schreef over
7. Meisje en vrouw bij spinnewiel:
“De Court Onderwater heeft hier enige stukjes, waarin wel aardig licht is; vooral het binnenhuis, waarin het kleine meisje zit te spinnen, is achterin goed verlicht. Maar deze schilder werkt nog veel te veel met zwart, om de lichte plekjes er tegen te laten uitkomen.”
De afmetingen en beschrijving komen goed overeen met Mother with a Child van Artnet).
Algemeen handelsblad van 23 sept. 1903 noemt het: een moeder met kind met goed licht erin.
Wikipedia over deze tentoonstellingen van Kunstwerken van Levende Meesters
Het werd georganiseerd tijdens de Feestweek voor 25 jaar Koningin- moeder Emma.
Bron affiche
Onder leiding van Legras richtten de leden van Sint Lucas, waaronder Henk een Arabisch dorp in, een feestmarkt tijdens de Feestweek voor 25 jaar Koningin-moeder Emma.
STADSNIEUWS. Fancy-fair.
Voorbereidselen. We willen weer eenige nadere bijzonderheden meedelen. Ten eerste, het publiek inlichten omtrent een belangrijk punt: het te dragen toilet. De president van het comité schrijft voor: visitetoilet in den Schouwburg zoowel als op de fancy-fair.
Gisterenmorgen om tien uur reeds stond het vol menschen voor het plaatsbureau; de Schouwburgzaal is voor Donderdagmiddag bijna uitverkocht. De leden der commissie staan nu dezen dan genen te woord, de heer Den Tex houdt voortdurend audiëntie, de heer Cuijpers is bijna niet meer te vangen.
“Herrie, herrie, herrie!” was alles, wat we vanmorgen uit hem konden krijgen.
En dat is het juiste woord voor den toestand op het oogenblik. In de groote zaal is tot nu een chaos van stukken timmerwerk, halve tentjes, meters-lange lappen doek. De pilaren worden in vierkante geornamenteerde kastjes geborgen, de bloemtent staat al ongeveer en nog worden massa’s planken aangedragen, de verf wordt in emmers omgeroerd, een jongmensch zit voor een naaimachine grof linnen te naaien. In de buurt van Arabië ontmoeten we mannen met opgestroopte mouwen of gekleed in witte jassen, gezicht en haar en handen wit, alles wit van de gips. Hier zijn de beeldhouwers in hun element. En de schilders vinden het ook een heerlijk werkje voor de variatie eens te verven.
De harem op het marktplein is al gereed, beschilderd met goud en rijke kleuren. Boven alle poorten staan Arabische opschriften te lezen, beteekenend: „Allah zij met I” ‘, of “Allah de Grootste”.
Terwijl de heer Hesselink mij rondleidt en toont waar de pottenbakker en de goudstikker komen te zitten, waar de Bedouïnentent zal zijn, komt een echte Arabier uit Tunis met hem spreken over de waren, die er verkocht zullen worden. In de straat, naar het Marktplein komen namelijk tentjes met snuisterijen, vruchten, noga enz.
Die echte Arabier speelt nu een groote rol, maar als de vertooning aan den gang is, dan doet hij niet mee. Dan zijn ‘t bijna allemaal Nederlandsche kunstenaars, die voor Arabieren spelen.
Het zijn, behalve de heeren Hesselink en Poort, de heeren Legras (die zes jaar in Arabië gewoond heeft en volgens wiens teekeningen en ontwerpen deze afdeeling geheel wordt ingericht), Gebhard (de groote “Heilige”), Monnickendam, Reyenga, Breman, Deutmann, Simon Mans, Bourgignon, De Vries, Krabbé, Hanau, Stroth, Van Blaaderen, Garms, Knap, Van Beever, Van der Tonge, Court Onderwater, Philippona Fastbender, Langeveld, Spoor en Smout. De dames, die hier meewerken, zijn mej. Van Dantzig (de bruid van den Grooten Heilige), mevrouw Krabbé, mejuffrouw De Meijere en mejuffrouw Dake.
Behalve de vertooning van de bruiloft zal men er dansen kunnen zien, b. v. de Fantasia en ook vrouwendansen.
De harem is alleen toegankelijk voor dames.
Op het Marktplein zullen kinderen op Arabische ezeltjes kunnen rondrijden; wat zal het daar gezellig en schilderachtig zijn!
Maar heel schilderachtig zal ook worden de kamer van Jan Steen, waaraan weer andere kunstenaars hun beste krachten wijden.
Jammer, dat die zoo ver van Oud-Holland af ligt, want daar hoorde zij toch eigenlijk thuis, maar dat kan zeker niet anders.
In deze afdeeling werken mee de schilders Prins, Van Oort, Hulk, Frankfort, Reicher, Van Kesteren, Nijenhoff, Dekker, Overmen, Hobbe Smith en Gorter. En behalve mevrouw Kappeyne van de Coppello, mevr. Nijenhoff, mevr. Kogel, mej. Osieck, mej. Versteegh, mej. Hulk en mej. Prins.
De eene wand van de kamer wordt gevormd door een prachtig stuk oude eikenhouten lambriseering, te leen uit het Panoramagebouw. Daartegenover komt een schouw met tegels, daarboven een balustrade, waarop muzikanten zitten.
Donderdagmiddag wordt hier een dans uitgevoerd door eenige jongelui: de jongedames Hulk en Prins, en de heeren Osieck, Dake, Gerdes en Hartmann. Daarbij zal de heer Nijenhoff, gezeten op een ton, muziek maken.
Er zal in dit echte Jan Steen-interieur een bijzonder heerlijke en toch goedkoope Rijnwijn geschonken worden in groote oude bokalen; verder worden er oud-Hollandsche pijpen verkocht en oud-Hollandsche liedjes.
Op een uithangbord, dat voor de kamer komt te prijken, zal men kunnen lezen:
Hoe staat gij stijf en ziet,
Gij zijt mijn broer, kent gij mjj niet?
Serviteur, mon frère.
een kopie van een echt uithangbord uit de 17e eeuw.
Op den achtergrond van de kamer komt een klein tooneeltje, waar Jan van Oort zijn geestige Chat-Noir zal vertoonen. Hierbij wordt muziek gemaakt door den heer J. Beyrlee. O. a. wordt de intocht van H. H. M M. te Amsterdam in 1898 vertoont. H. Hx.
Ik vond nog een tekst, nu van H.M. Krabbé:
Toen ik daareven van het Oostersch feest op de Fancy-fair gewaagde en van de beide ontwerpen van het Arabisch dorp sprak, had ik moeten bedenken dat zonder Johan Gebhard het feest zeker niet had kunnen slagen. Hij was de Marabout of wel de groote Heilige en daar de vertooning die de Lucas-leden gaven een huwelijksfeest bij de Arabieren voorstelde en hij de bruidegom was zou zonder hem deze voorstelling niet mogelijk zijn geweest.. Gehuld in een groote bruine burnoes, de witte lahfaïa om ‘t hoofd, zag hij er zoo echt uit, sprak hij het Arabisch met zoo’n keelstem en kuste hij de bruid zoo deftig op ‘t voorhoofd, dat iedereen meende, dat hij voor deze gelegenheid uit zijn geboorteland, Arabië was overgekomen. Gebhard heeft trouwens ruim drie jaar in Algiers doorgebracht en had zich daar geheel en al ingeleefd, zoodat ‘t voor hem en Le Gras niet moeilijk was Arabieren voor te stellen.
Ik kreeg vandaag je brief en dank je er wel voor.
Je vroeg me van dat Arabische costuum, maar dat gaat en staat niet in een champagne kuur (????)
Wij waren allen in arabisch costuum en de décoraties en tentjes waren allen zoals in Arabië. Nu zou zoo’n costuum niet mooi staan dan werd alles door de schilders om haar hoofd gedaan.
Enfin de dames zijn opgetuigd door de schilders. Als ik jou was, zou ik nemen een empire costuum of oud Hollands naar de schilderijen van Ter Borgh. 17 Eeuw. Er was een dame op de Tanny Tais welke het mooiste was in 17e eeuws costuum. De photo’s van de Tanny Tais vind je in de Wereldkroniek en de Prins. Nu moet je maar zoo een nummer koopen, dan kun je eens kijken. Als je Empire neemt, neem dan Cobaltblauwe stof, een gouden ketting om en als ceintuur een brede gouden band. Of met goud gestikt. Je moet het zelf maar maken. Als je er over denkt, wil ik wel alles precies tekenen en kleur aangeven.
Ik weet wel dat het verduveld moeilijk is maar andere dingen zijn zo gewoon en lelijk. Verder is hier weinig nieuws.
Dinsdagavond werd (word? of ander woord?) in Amsterdam een avondfeest voor al de heren en dames die mede gewerkt hebben voor de fancy fair.
Ik ga er niet heen daar ik dan in rok of zoiets moet gaan en toch niet kan dansen. Je moet nu nog voor mij aan Mama vragen f 100 die nog van mij zijn. Nu Nellepietje, schrijf me maar hoe je er over denkt, dan zal ik wel voor de teekening zorgen. Adieu. Veel genoegen met Wiens verjaardag,
de groeten aan Papa en Mama,
steeds je liefh. broer
Henk Je krijgt zo gauw ik de photo’s heb er een.
(opm: Wien werd jarig op 15 feb.)
Beste Nellepietje,
Je vroeg me wat voor kleur je moest nemen. Dat is heel moeilijk, daar wij het mooiste vinden, dingen die verschillend zijn.
Geel met Blauw en Rood is heel mooi. Maar dan moeten ze mooi bij elkander komen.
Ik denk het beste zal zijn je gewoon je gang gaat. Zoals je doet van die dingen toch niets moois te maken is.
Je schreef me over J.B. Ik had het liever niet gezegd, omdat ik je narigheid zou willen sparen. Voor mij was hij altijd iemand die niet wist wat hij deed. En zocht naar gezelligheid. Ik sprak juist J. Snoeck die mij vertelde dat hij wel gauw geengageerd zal zijn met een meisje uit Den Haag. Ik weet de naam niet. Laat je dat dus niet aantrekken, daar hij het niet aan je zou verdienen. Wij spraken laatst nog over hem; iedereen vond hem een goede kerel maar waar ergens lijkt niets hij is. Hij werkt ook eigenlijk niet en is de man niets om iets te worden.
Nu beste Nel, schrijf me maar eens hoe je er over denkt.
de groeten aan Papa en mama Wien en Karla,
steeds je broer, Henk
Opmerking Karla: het lijkt of Henk voor Nel zou bemiddelen, waardoor ze J.B. zou ontmoeten, mogelijk als huwelijkspartner. Zie de brief Vanuit Enkhuizen.
“Ik wacht met J.B. nog. Nog dat ik weet hij geëngageerd is. Daar hij het nu nog niet is en dan zal ik alles in orde maken.”
Henk stuurde blijkens onderstaande recensie een of meer binnenhuizen in.
Recensent P. van Maandblad Onze kunst, vond de club De Tien te weinig vernieuwend, “de Heer van Beever en de heer H. T. de Court-Onderwater schilderen o.a. binnen-huizen. Ik vind een binnen-huis uitnemend – maar een nieuw weer’s; niet altijd half Kever half Neuhuys – of Bisschopachtig.”
Henk met: “Oude vrouw”
Dit is het schilderij op de meest linker foto. Op 28 december 1904 werd dit werk verloot door Art et Amicitia, het bedrag was bestemd voor een jonge kunstenaar. Notaris Miseroy werd de eigenaar.
De voorstudie (foto van het tweede schilderij) bleef in bezit van de familie.
Hij heeft het mogelijk geschilderd in Rijsoord volgens E. van Dooremalen (onderzoeker schildersdorp Rijsoord). Zij schreef ons: “De krullen en de witte hoofddoek (een soort keuvel) behoren bij een Zuid-Hollandse klederdracht. Klederdracht die ook nog rond 1900 in Dubbeldam werd gedragen, maar ook op het IJsselmonde en in de Hoekse Waard. Rond 1900 kwamen vele (buitenlandse) kunstenaars naar de kunstenaarskolonie Rijsoord (tussen Dordrecht en Rotterdam) om dit soort klederdrachten te schilderen.
Beste Nellepietje,
Ik had aan mama geschreven dat ik je zou schrijven, Ik wacht met J.B. nog. Nog dat ik weet hij geëngageerd is. Daar hij het nu nog niet is en dan zal ik alles in orde maken.
Misschien kom ik voor dien tijd nog wel eens in Den Haag.
Zaterdag ben ik in Amicitiae geweest. Mijn schilderij hebben ze prachtig gehangen. En het doet ook heel goed. In het Nieuws van de Dag was een prachtige critiek. Ik zal maar niet ervan schrijven daar het te mooi is.
Rotterdammer noemde het ook heel goed. Enfin beter als slechte maar je schiet er niets mede op. Want je weet zelf heel goed hoe hard je nog moet werken om het op een hoogte te brengen.
Ik ben nu hier goed bezig. Heb gelukkig een prachtige visscher als model die goed poseert. Enfin ik ben nu prettig bezig. Ik denk hier nog 2 weken te blijven en ga dan weer mijn schilderij in Laren afmaken. Vraag aan Mama zij F 300 stuurt aan D. Schulman, Hilversum, Kunsthandel. Het is dan gelukkig afgedaan.
Nu lieve Nel schrijf eens hoe het met Karlaatje gaat.
De complimenten aan Pap en Mama,
Steeds je liefste broer, Henk
14 april
Ik lees juist vanavond in de courant dat ik de Willink van Collen-prijs heb gekregen in Arti et Amicitiae met H. Luns en Wolter de laatste een goede vriend van me.
Het doet me verduiveld veel genoegen vooral omdat het is met een oud vrouwtje dat al zo moeilijk is er iets goeds van te maken. Nu zal ik het wel verkopen aan de verloting ook.
Het is een begin van het jaar en hoop ik nu maar dat het een beetje beter zal gaan….”
BEELDENDE KUNST. Tentoonstelling in „Arti”. Tot de portretten wensch ik ook te rekenen de beeltenis van een “Oude vrouw”, een boerin, met wit mutsje en halsdoek, door den veelbelovenden jongen schilder De Court Onderwater, naar ik meen een Dordtenaar van geboorte, evenals Jan Veth. Zou de oude glorie van de Merwestad in haar schilders weer gaan glanzen? Dat boerinnetje met haar bleek, ietwat bloedeloos teint en roode randjes om de oogen is lang niet een type van landelijke schoonheid of welvarendheid en eer een ziekelijke verschijning. Doch de kunstenaar heeft het wijfje met zooveel sympathie bestudeerd, zoo fraai en doorwrocht geschilderd, dat men haar beeltenis niet met onverschilligheid kan aanzien. De ziel, het wezen van het bloedarme oudje, boeit ons onwederstaanbaar. Bovendien is het stuk meesterlijk geschilderd. Reeds nu heeft de gelaatskleur dat email-achtige, dat aan oude kunst soms zulk een bekoorlijkheid geeft. Met veel overleg en smaak heeft De Court Onderwater haar misschien bij haar kostuum ook wenken gegeven. Wat staat dat randje roode baai boven den halsdoek uitkijkende, fraai bij het wit en de bleeke vleeschkleur. Gaat Onderwater in die richting door, dan zal hij op onze tentoonstellingen een voor velen aantrekkelijk inzender zijn. A.O. LOFFELT.
Nieuws van de dag
Red.: maar over welk schilderij gaat deze recensie? Mogelijk een andere oude vrouw? De oude vrouw op het winnende schilderij voor de Van Collenprijs draagt geen wit mutsje en ook geen halsdoek. Verder is de recensie wel toepasselijk.
Henk toonde er 5 bron
Hieronder de beschrijvingen door de recensenten:
- De studie: “Marretje”, een portret, de kleur ervan is uitmuntend, en het kwijnende in den melancholieken kop is wonderwel uitgedrukt.
- Het beste schilderij vind ik no. 4, “Larensche deel”, waar het goudblonde kindje de kippen voedert. Het geheel is in gouden glans gehouden, en ook de diepere gedeelten van dit doek zijn goed in toon.
Er is een eenheid in de werken van de Court Onderwater, die bij vele anderen wordt gemist.
De Court Onderwater moge een vereerder zijn van het werk van grootmeesters als Neuhuys e.a., zijn arbeid heeft ontegenzeggelijk een eigen cachet en hij tracht geen anderen te imiteren. - nrs 2, 3, 4, en 5: vier Larensche binnenhuizen, waarop moeders en kinderen en lichteffect bron.
vier binnenhuizen , waarop moeders en kinderen, met een loffelijk, hoewel nog niet geheel geslaagd pogen om sterke lichteffecten aan te brengen.
Het zouden bovenstaande 4 binnenhuizen kunnen zijn: op alle 4 zijn moeders met kinderen afgebeeld, waarbij de moeders aan het werk zijn. Bij alle vier zie je lichteffecten.
Op 30 juli 1904 heeft hij Marretje, Kippenvoeren en de melkschenkster verkocht bron
Feest ter ere van de terugkomst van Albert Neuhuys, tevens zijn 60e verjaardag
Henk zat in de feestcommissie, samen met Hugenholtz, van Wulfen, Kever, Offermans, Derkinderen, van der Tonge, van Harpen.
Tijdens het diner sprak Arina Hugenholtz: “Laren gaat zijn ondergang tegemoet, jammert men! Het is een onvermijdelijke natuurwet en pruttelen baat niet. Levendig zie ik Laren nog voor mij, bij mijn eerste bezoek (1885). Men waande zich verplaatst in de omgeving van een Pieter de Hoogh, de oude gevels, de fraaie lijn der rieten daken, nog niet onderbroken door wangedrochten in bouwstijl – alles in harmonie. Op de wegen was stilte. Slechts het snorren van een spinnenwiel of het kakelen van een kip werden gehoord. Geen storende Amsterdammers! De figuren alle in de kleederdracht van het Gooi, de kinderen met zwaargeplooide rokken tot op den grond. […] De slotzin: Hoe lang zal het nog duren dat het moderne leven, dit mooie en voor ons schilders zoo kostbare plekje grond, vaak zoo onvruchtbaar voor den boer, maar zoo productief voor de kunst, zich geheel meester zal maken van dit schoone gebied en de Amsterdamsche forensen er hun siësta komen houden? Alleen een krachtig gemeentebestuur dat vooruit ziet zal dit verwordingsproces binnen zekere perken kunnen houden.
(overgenomen uit Gooise Schilders, door J.P. Koenraads)
http://schaffendesvolk1937.de/die-ausstellungen-von-1811-bis-1937/ausstellung-1904/
Een expositie van moderne kunst, bestemd voor kunstwerken, niet langer dan 3 jaar geleden gemaakt.
1904, 15 aug. Haarlem bron Welk werk van de Court hier hing is ons niet bekend.
1904: 14e wereldtentoonstelling St Louis (Missouri): De Court won een zilveren medaille, en kreeg hem in 1905.
Catalogus
Recensie in Op de hoogte jrg 2, 1905, 12-02-1905
Er is een verlovingsfoto van Nel met datum 5 februari. Briët was jarig op 25 januari.
Hij wilde nog wat schilderen voor de wereldtentoonstelling in Luik.
Beste Nellepietje,
Vandaag is dus de officiele dag. Dus nu ben je geëngageerd. Ik feliciteer je dus nu maar vast.
Ik geloof zeker je een flinke kerel zult krijgen. Ik weet niet maar het kan zijn dat ik vrijdagavond thuis kom.
Daar ik dan nog wel even in De Haag zal moeten zijn.
Het Geld heb ik nog niet ontvangen maar ik zal dat even bij hem aangaan.
Vraag aan mama of zij mij f 100 zou willen sturen, de f 200 die ik in Januari heb gehad daar heb ik dingen van in Laren betaald.
Laatst zijn wij bij de familie Briët wezen dineren er was een feest. Briët was jarig. Het was er heel gezellig. Ik zat tusschen een mooi jong getrouwd vrouwtje en een heel lief jong meisje.
Maar ik heb het nog niet beet. Jij moet me maar eens zeggen hoe je dat zoo al voelt.
Ik ben goed aan het werk. En zal de volgende week beginnen aan een schilderij voor Luik.
Ik hoop dat het zal gaan want ik zou er graag iets hebben.
Nu beste Nellepietje,
de groeten aan Pappa, mama, Wien en Karel,
steeds uw liefh broer Henk
“WelEdelGeboren Heer,
De door U gemaakte schilderij, “Oude Vrouw”, door mij in Arti getrokken, vind ik zeer mooi en ik ben blijde haar te bezitten.
Ik wensch dan ook niet gaarne Uw verzoek te weigeren, doch het inwilligen daarvan heeft voor mij ook enkele bezwaren.
Behalve de kans van beschadiging is voor mij een bezwaar het lange gemis van het stuk, dat nu al weer een vaste plaats in onze ontvangkamer heeft ingenomen.
Ware het eene tentoonstelling van korten duur, zoals in Arti bijvoorbeeld, dan zou ik aan eene weigering van Uw verzoek niet denken, maar nu het hier een geheel ander geval geldt, verzoek ik u beleefd mij even te melden, hoe lang de Tentoonstelling te Luik duren zal; wanneer zij aanvangt; wanneer zij eindigt.
Waarde Court, Van Blaaderen en ondergetekende, momenteel in American Hotel te Amsterdam, brengen je bij deze ter kennis dat zij uit zeer betrouwbare bron heden vernomen hebben dat Preijer zoveel succes met je werk in Amerika heeft.
Wij bieden je bij deze onze beste wensen en hopen het zo door mag gaan.
Uit diezelfde betrouwbare bron (K.) vernemen we dat je nu voorzichtig moet zijn met Preijer, laat hij het je niet te mooi of te lekker voorspiegelen zodat jij je misschien door een contract zou verbinden.
Neem dit schrijven vertrouwelijk, onder beste groet aan van je vrinden GW van Blaaderen en D Schulman
“In haast” staat er onder geschreven.
Opmerking Karla: over Preijer. D. Schulman hielp zijn vader L. Schulman in diens kunsthandel in Laren. In de zaak werden ook verfbenodigdheden verkocht. In een eerdere brief aan zijn zus gaat het over een schuld van f 300 die Henk nog aan de kunsthandelaar Schulman moest betalen en waarvoor hij via haar zijn ouders vraagt bij te springen.
Amice,
Tot mijn grote spijt hoorde ik dat je rust moest nemen enige tijd.
Sedert ik je ’t laatst sprak en je er op aandrong dat ik mee zou gaan naar Nunspeet – wat ik tussen twee haakjes toch nog wel eens hoop te doen in je zeer gewaardeerd gezelschap – had ik niet van je vernomen.
En nu ontmoette ik je papa die mij vertelde dat je door veel werken en slecht voor je lichaam te zorgen je wat overspannen had.
Dat is al erg genoeg dunkt me. Maar frisse lucht en goed eten, dat zijn van die zaken die op jouw leeftijd wonderen verrichten.
Ik kon niet nalaten je eens te schrijven toen ik hoorde dat je op non actief gesteld was.
Want weet je – heel veel belang stel ik en heb altijd in je gesteld.
Mijn goed geloof en goed vertrouwen in je aanleg is niet teleurgesteld geworden.
Integendeel. Ik vind dat voor jouw leeftijd je van succes mag spreken.
En dat doet mij daarom zoveel genoegen omdat ik toen je pas begon – je herinnert je nog wel op Pictura – ik wel degelijk een goede toekomst voor je in de kunst voorspelde.
Misschien is alles een beetje te vlot gegaan en dan de kunst smaak verandert met de dag.
Maar daar kunnen mannen als jij zich niet aan storen. Ge zijt op een goede weg al een heel eind gevorderd.
Anderen moeten soms heel wat langer tobben om succes te hebben.
Ik wil dit maar zeggen – voor het ogenblik een beetje geduld en goed om je lichaam gezorgd. Dan schikt de rest zich vanzelf.
Of liever de rest je kunstenaars loopbaan heb je zelf al voldoende aangegeven.
Geloof me maar gerust – velen met mij slaan je met belangstelling gade.
Ik ben een beetje aan het leuteren zult ge wel denken.
Maar geloof maar gerust dat belangstelling in je werk en vriendschap voor je zelf mij er toe dreef.
Ontvang de hartel. gr. Van Roland Lary
Zou het zijn zelfportret zijn? Welke? Deze twee bleven in de familie. Of was het zijn foto?